Acidimetrie is de volumetrische analysetechniek waarbij er sterk zuur (meestal zoutzuur) in de buret zit of sterke base (meestal natronloog). De buret is het toestel waarmee je nauwkeurig de titrant kan doseren. Het kan met een glazen buis met een maatverdeling, maar een professioneel laboratorium zal voor motorzuigerburetten kiezen. Als de analyse vaak gedaan wordt: half of heel automatisch. Voor enkele voorbeelden:
Tijdens een "acidimetrische" titratie verandert de pH. Het theoretisch titratie-eindpunt is in de pH-sprong. Daar waar de pH het sterkst verandert. Om het volume te vinden waarbij dat het geval is, gebruiken we een indicator of pH-meter.
A Titratie van een sterk zuur: Natronloog in de buret, sterk zuur in de titratiekolf. De pH stijgt sterk rond pH = 7. |
|
B Titratie van een zwak zuur: Natronloog in de buret, zwak zuur in de titratiekolf. Het eindpunt ligt iets boven pH = 7. Er is in het eindpunt een zwakke base in de oplossing. |
|
C Titratie van een tweewaardig zwak zuur: Natronloog in de buret, zuur in de titratiekolf. Het eindpunt ligt boven pH = 7 want er is weer een zwakke base in de oplossing. Er zijn nu twee pH-sprongen, voor elke H+ van het zuur is er een sprong. |
|
D Titratie van een sterke base: Zoutzuur in de buret, sterke base in de titratiekolf. De pH daalt sterk rond pH = 7. |
|
E Titratie van een zwakke base: Zoutzuur in de buret, zwakke base in de titratiekolf. De pH daalt sterk rond pH = 7. Halverwege is er weer een situatie waarbij er evenveel zwakke base als zwak zuur aanwezig is. De pH is dan gelijk aan de pKz van het zwakke zuur. |
|
F Titratie van een tweewaardige zwakke base: Zoutzuur in de buret, base in de titratiekolf. Er zij twee pH-sprongen. Voor elke reactiestap één. Tweemaal is er nu een situatie met evenveel zwakke base als zwak zuur. De pH is dan steeds weer gelijk aan de pKz van het zwakke zuur. |
|
|
Hiernaast staan nog eens enkele veel gebruikte indicatoren met hun kleuromslag. Vraag: Welke indicator kun je gebruiken voor elk van de bovenstaande titraties?
|
En verder....
Antwoord op bovenstaande vraag:
methyloranje: | A | B | C | D | ||
methylrood | A | B | D | E | F | |
lakmoes | A | B | C | D | E | |
broomthymolblauw | A | B | D | E | ||
fenolftaleÏne | A | B | C | D | F |