Chemische analyse Hoofdstuk 14: Kernmagnetische resonantiespectrometrie
Kies het juiste antwoord.
Hoeveel verschillende energietoestanden kan een proton - als magneetje - in een magnetisch veld hebben?
- 1
- 2
- 3
- 4
De protonen in de kern van het C-12 atoom geven geen stralingsabsorptie in een magneetveld. Die in de kern van C-13 wel. Waardoor is dat zo?
- Kerndeeltjes vormen paren, alleen een oneven aantal geeft een magnetische kern.
- C-13 heeft een proton meer dan C-12.
- C-13 heeft meer neutronen dan protonen.
- C-12 heeft net te weinig kerndeeltjes.
In een nmr-spectrum geeft de piekgrootte (of het oppervlak):
- het aantal nabuur H-atomen
- de plaatsing van de H-atomen in het molecuul
- het aantal H-atomen
- de grootte van het molecuul
Aan de opsplitsing van de piek in kleine piekjes zie je ...
- het aantal H-atomen
- het aantal buur-H-atomen
- de plaats van de H-atomen in het molecuul
- de grootte van het molecuul
Hoeveel verschillende energietoestanden kan een atoomkern met 2 protonen in een magnetisch veld hebben?
- 1
- 2
- 3
- 4
De plaats van een piek ten opzichte van de TMS-piek wordt aangegeven met ...
- de chemical shift
- de piek-opsplitsing
- integratie curve
- massa gedeeld door ladingsgetal
De eenheid voor de chemische verschuiving (chemical shift) is:
- nm
- mg/L
- ppm
- Hz
Hoeveel pieken (zonder opsplitsing) vind je voor: CH3CH2COOH?
- 3
- 6
- 1
- 5
Hoeveel piekjes onstaan er door opslitsing als er n buur H-atomen zijn?
- n - 1
- n
- n + 2
- n + 1
Behalve H-atomen kunnen ook andere atoomsoorten voor kernspinresonantie gebruikt worden. En dan vooral:
- C-12 en P-31
- C-13 en P-31
- C-13 en P-32
- C-12 en P-32