Kruiswoord hoofdstuk 11
Klik op een cijfer voor de omschrijving.
Horizontaal |
| 1. | Reactieschema voor zout dat bij oplossen in water, in ionen uiteen valt. | | 3. | Reactie waarbij het molecuul uiteen valt. | | 4. | Reactie type met overdracht van een proton (H+). | | 5. | Verbindingsreactie (er ontstaat uit kleine moleculen een grote). | | 6. | De reactie naar rechts verloopt dan even snel als naar links. | | 7. | Er is warmte nodig bij de reactie. | | 8. | Reactie met overdracht van elektronen. | | 9. | Hieraan is de evenwichtsconstante gelijk (bij evenwicht). | | 10. | Biologische katalysator. | | 11. | Hiervan hangt de evenwichtsconstante af. |
|
Verticaal |
| 2. | Stof die een reactie sneller maakt. | | 7. | Er komt warmte vrij. |
|